05 juli, 2007

ZomaarLinks

Zo. Scoren in de linkerbovenhoek is ook weer uit. Valt me niet tegen. Het is een breed opgezette evaluatie van een serie GroenLinkse verkiezingsnederlagen geworden. Niet beperkt tot cijferfetisjisme en uitbesteed kiezersonderzoek. Zoals altijd is het verstandig het gebodene een paar dagen te laten bezinken, maar ik kan het toch niet laten om er een paar zaken uit te pikken waar ik meer dan gemiddeld enthousiast van werd.

Zo constateert de commissie dat GroenLinks de discussie over de sociale kwestie lichtvoetig voerde en wel erg snel afrondde. Vervroegde verkiezingen of niet. Het discussiedocument Vrijheid Eerlijk Delen vond ik zelf de moeite waard, maar er stonden voorstellen in waarvan een kind kon zien dat GroenLinks er de tijd voor moest nemen om ze te bespreken, naar zijn hand te zetten en te omarmen. Nu vlogen de voorstellen wel erg rap het verkiezingsprogramma in. Hadden we inderdaad beter moeten en kunnen doen.

Ook opvallend is de terughoudendheid van GroenLinks om zich te profileren ten opzichte van andere linkse partijen. Of, zoals de commissie het formuleert, GroenLinks roept kiezers op vooral links te stemmen, niet op GROENlinks. Ik zie werkelijk niet in waarom de gedroomde linkse samenwerking betekent dat we de PvdA niet kunnen aanvallen op “slap en weinig groen” of de Socialistische Partij op “nationalistisch en ouderwets”. Stem niet ZomaarLinks, stem GroenLinks!

Dan de sales. GroenLinks wil alles vertellen, want we hebben tenslotte over alles wel een goed idee en in ieder geval een mening. Het is het oude dilemma van gelijk hebben en gelijk krijgen. Het is zaak ons te concentreren op die zaken waar we het echt over willen hebben en waarvan we denken dat kiezers het een goede reden vinden om op GroenLinks te stemmen. We hoeven helemaal nergens over te liegen, we hoeven helemaal niks weg te moffelen, maar een beetje meer focus zou ons goed doen.

Een andere belangrijke waarneming van de commissie is dat GroenLinks zich aan de hand van Motivaction wel erg concentreert op post-materialisten, postmoderne hedonisten en kosmopolieten in plaats van op Echte Mensen, zoals onderwijzers, verpleegsters, werkelozen en studenten. Het leven mag dan een spel zijn, politiek is dat maar tot zekere hoogte. Het gaat mensen niet alleen om hun idealen, maar wel degelijk ook om hun eigen positie in de samenleving.

Tot slot nog een stijlbloempje dat de moeite van het vermelden waard is. Ruim een halve pagina wijdt de commissie aan de verhouding tussen de Partijraad en de partijtop. Maar zeer waarschijnlijk slaat zij in dat ene afsluitende zinnetje de spijker op zijn kop als het gaat om de inderdaad wat verhitte verhouding tussen beiden: “En overigens wijst de commissie er op dat ook het toelaten van ventilatie en daglicht in de vergaderruimten van de partijraad, zonder twijfel sfeerverhogend zal werken.”