Geen hand
Deze blog verscheen ook op de website van GroenLinks Amsterdam.
Nederland heeft weer een handenschud-incident. Op de Hogeschool van Amsterdam ditmaal. Er is een docent op bedevaart naar Mekka geweest. Hij is teruggekomen met het idee dat hij vrouwen geen hand mag geven. Hij stuurt een mooie brief met de mededeling dat het niet respectloos is bedoeld en dat hij voortaan een buiging zal maken.
Is het gewenst? Nee. Maar waarom eigenlijk niet? Ik vind het ongewenst omdat ik denk dat in Nederland het schudden van handen door iedereen wordt ervaren als een goede manier om elkaar te begroeten. Niet afstandelijk, niet intiem en toch een duidelijk gebaar.
De manier waarop we met elkaar omgaan wordt er een stuk ingewikkelder van als daar allemaal varianten op ontstaan. Een begroeting dient soepel te verlopen en niet aarzelend of terughoudend uit angst verkeerd te handelen. Vergelijk het wat dat betreft met de ontmoeting van de High-five en de fist bump. Onhandig gedoe. Maar niet alleen dat.
Afwijken van de standaardbegroeting is in zekere zin een vorm van uitsluiting. En als het dat niet is, kan het zo wel worden ervaren. Dat is wat mij betreft allemaal geen reden om wettelijk voor te schrijven dat begroetingen geschieden door elkaar de hand te drukken. Los van het feit dat er al veel te veel wettelijk geregeld is, vind ik het een onnodige beperking van de vrijheid van mensen om naar eigen inzicht te handelen.
Sterker nog, ik ben erg van het leven en laten leven. Ik zou er veel moeite mee hebben wanneer de Hogeschool de betreffende docent bijvoorbeeld zou ontslaan. Dat zou ik buiten proportie vinden. Maar ik zou wel een paar stevige gesprekken met hem willen voeren. En ik zou afspreken dat zijn optreden nauwkeurig wordt gevolgd, want geen handenschudden kan ook het begin zijn van nog meer afwijkend handelen. Er kan natuurlijk een moment komen waarop het teveel wordt.
En wellicht ten overvloede. Ook ik had ooit mijn eerste handenschud-incident. Het zal aan het eind van de vorige eeuw geweest zijn. De voorvrouw van een Turkse vrouwenorganisatie in stadsdeel Zeeburg kwam inspreken. Ik kan me werkelijk niet herinneren waarover het ging. Maar wel dat ze mijn hand weigerde te schudden toen ik me aan haar voorstelde. Ik mag van mijn geloof mannen geen hand geven, was de mededeling. Raar vond ik het wel, en ook een beetje onaangenaam, maar ik heb het gerespecteerd. Jaren later heb ik er in ieder geval de conclusie aan verbonden dat het met vrouwendiscriminatie niet zo veel te maken had. Wel met overdreven vroomheid.
Nederland heeft weer een handenschud-incident. Op de Hogeschool van Amsterdam ditmaal. Er is een docent op bedevaart naar Mekka geweest. Hij is teruggekomen met het idee dat hij vrouwen geen hand mag geven. Hij stuurt een mooie brief met de mededeling dat het niet respectloos is bedoeld en dat hij voortaan een buiging zal maken.
Is het gewenst? Nee. Maar waarom eigenlijk niet? Ik vind het ongewenst omdat ik denk dat in Nederland het schudden van handen door iedereen wordt ervaren als een goede manier om elkaar te begroeten. Niet afstandelijk, niet intiem en toch een duidelijk gebaar.
De manier waarop we met elkaar omgaan wordt er een stuk ingewikkelder van als daar allemaal varianten op ontstaan. Een begroeting dient soepel te verlopen en niet aarzelend of terughoudend uit angst verkeerd te handelen. Vergelijk het wat dat betreft met de ontmoeting van de High-five en de fist bump. Onhandig gedoe. Maar niet alleen dat.
Afwijken van de standaardbegroeting is in zekere zin een vorm van uitsluiting. En als het dat niet is, kan het zo wel worden ervaren. Dat is wat mij betreft allemaal geen reden om wettelijk voor te schrijven dat begroetingen geschieden door elkaar de hand te drukken. Los van het feit dat er al veel te veel wettelijk geregeld is, vind ik het een onnodige beperking van de vrijheid van mensen om naar eigen inzicht te handelen.
Sterker nog, ik ben erg van het leven en laten leven. Ik zou er veel moeite mee hebben wanneer de Hogeschool de betreffende docent bijvoorbeeld zou ontslaan. Dat zou ik buiten proportie vinden. Maar ik zou wel een paar stevige gesprekken met hem willen voeren. En ik zou afspreken dat zijn optreden nauwkeurig wordt gevolgd, want geen handenschudden kan ook het begin zijn van nog meer afwijkend handelen. Er kan natuurlijk een moment komen waarop het teveel wordt.
En wellicht ten overvloede. Ook ik had ooit mijn eerste handenschud-incident. Het zal aan het eind van de vorige eeuw geweest zijn. De voorvrouw van een Turkse vrouwenorganisatie in stadsdeel Zeeburg kwam inspreken. Ik kan me werkelijk niet herinneren waarover het ging. Maar wel dat ze mijn hand weigerde te schudden toen ik me aan haar voorstelde. Ik mag van mijn geloof mannen geen hand geven, was de mededeling. Raar vond ik het wel, en ook een beetje onaangenaam, maar ik heb het gerespecteerd. Jaren later heb ik er in ieder geval de conclusie aan verbonden dat het met vrouwendiscriminatie niet zo veel te maken had. Wel met overdreven vroomheid.
1 Comments:
Mag een Moslima dan ook een she-male/transgender geen hand geven? Waar ligt de grens?
Een reactie posten
<< Home