14 juni, 2012

Rom 87

Afgelopen zaterdag zag ik voor het eerst Rom 87 van Rob Scholte en Sandra Derks. Hoe te omschrijven? De kunstenaars kochten bij de Hema een kleurboek en kleurden de 64 kleurplaten naar eigen inzicht in. Vervolgens combineerden ze de kleurplaten tot ze in verschillende stappen uiteindelijk uitkwamen op één groot werk, dat ze vervolgens lieten ontploffen. Constructie en deconstructie, zoiets. Het kunstwerk is spannend omdat het zijn begin vindt in het toeval, een verzameling kleurplaten dat zonder al te grote belangstelling is samengevoegd in opdracht van de Hema. De kunstenaars eigenen zich dit toeval toe en zetten het naar hun hand. Vol kleur, vervormend en vermengend. En, zou je kunnen denken, omdat alles in dat ene grote werk uiteindelijk muurvast komt te zitten, moet het wel ontploffen. De as waaruit de Fenix zal herrijzen.

Zo bezien ligt het vooral ontzettend voor de hand dat dit kunstwerk het middelpunt vormt van de tentoonstelling God Save The Queen. Inmiddels afgelopen liet deze tentoonstelling zien hoe Punk in Nederland ontstond en zich ontwikkelde. Natuurlijk, misschien kun je het begin van de Punk als muziek- en kunststroming wel voor het eerst zien in de Amerikaanse psychedelische garagerock uit de jaren ’60 van de vorige eeuw, maar uiteindelijk kwam de Punk tot ons uit het grauwe Engeland van Margaret Thatcher. Zij verkondigde eind jaren ’70 van de vorige eeuw “there is no such thing as society”. Googelend op deze uitspraak kom je terecht in desolate flatwijken in Liverpool die zich in weinig onderscheiden van de woonkazernes in Oost-Europa uit dezelfde tijd. Armoe troef. Maar ook kun je lezen over de ruimte die een terugtrekkende overheid bood aan mensen om het zelf te doen. Precies dat werd de strijdkreet van de Punk: Do It Yourself, simpelweg DIY. Wil je in een bandje? Pak een gitaar en speel! Wil je beeld maken? Pak een beitel en ga hakken!
DIY was de reden om de tentoonstelling te bezoeken. Want de Punk voelt als een inspiratie voor deze tijd, die een spannende cocktail is van bezuinigingen, het zoeken naar alternatieven voor het allesoverheersende streven naar winst en de ambitie van mensen om hun leven in te richten naar eigen inzicht. Punk is DIY. Ontdekken wat je zelf kunt en ontdekken hoe je zelf de wereld kunt inrichten. Niet afwachten tot een diploma of ander stempel van goedkeuring je de bevoegdheid geeft om dat te doen. Je handelen niet laten bepalen door het kader dat anderen vaststellen, maar juist door overleg met de mensen direct om je heen.
Nog een beetje vaag? Zeker. De democraat en jurist in mij ziet het graag een beetje ordelijk. En dat is nou niet bepaald des Punks. Maar ik ben ervan overtuigd dat minder orde de voorwaarde is voor nieuwe initiatieven en resultaten. Minder controle, meer vertrouwen. Meer accepteren dat dingen fout kunnen gaan, omdat er dan risico genomen kan worden. Risico is ook een voorwaarde voor resultaat.
De ruimte waar dat moet gebeuren, wordt nu nog bezet door de overheid. Vaak met de beste bedoelingen, maar lang niet altijd meer productief. De overheid moet daar weg, maar niet door zich terug te trekken en niet meer om te kijken, niet door de boel uit zijn handen te laten vallen en er vandoor te gaan. Het moet gaan om georganiseerde terugtocht, die een basis achterlaat waarop burgers kunnen bouwen.
Met Rom 87 wat mij betreft als inspiratiebron. Wanneer ambitie ontstaat, is dat altijd in een samenleving die niet meer is dan 64 plaatjes in een willekeurig samengesteld kleurboek. Het is aan mensen om die plaatjes met hun ambitie in te kleuren, te combineren en ze naar hun hand te zetten. En de overheid? Die is de ene keer de schildersezel, de andere keer de verf. En steeds vaker toeschouwer.
Enfin. Zoiets. Klaar is het nog lang niet. Maar we komen er wel.