19 oktober, 2011

Zorg dat je d’r bij komt!

VVD en CDA organiseerden op 18 oktober een bijeenkomst over de toekomst van het Marineterrein in de stad. Defensie heeft een astronomische bezuinigingsopdracht gekregen en is naarstig op zoek naar mogelijkheden om geld te verdienen. Verkoop of herontwikkeling van het Marineterrein – bouwgrond in het hart van de hoofdstad – is natuurlijk een manier om veel geld te verdienen. Maar wat moet er dan komen?
VVD en CDA pakten uit, ere wie ere toekomt. Voor wie wilde was er een rondleiding over het terrein. Die kans liet ik me niet ontglippen. Net als veel andere Amsterdammers vraag ik me fietsend over de Kattenburgerstraat regelmatig af wat er achter die muur zit. Nu weet ik het, en Alan Lemmers bevestigde het. Tot het begin van de 20ste eeuw een marinewerf, waar honderden schepen zijn gebouwd. Daarna en tot nu een bonte verzameling militaire functies, waar de marine domineert, maar een echte lijn zit er niet in.
De mogelijkheden om het terrein zijn te herontwikkelen zijn eindeloos. Dat toonden Marcel van de Lubbe en Rene de Prie van XoomLab aan. Je kunt er een dichtbebouwde woonwijk van maken, ongeveer zoals de Jordaan. Of een park – zoals ook Fred Kramer propageerde – met daarin bebouwing van icoon-achtige proporties. En je kunt natuurlijk ook kiezen voor een marina, wat modern Nederlands is voor een jachthaven. En dan hadden ze er krap een weekje aan geschetst, dus daar kan nog veel meer. Maar een mooie blik op de toekomst boden ze wel.
Diana de Jong, directeur gebiedsontwikkeling van het Bouwfonds, zag mogelijkheden om het Marineterrein door marktpartijen te laten ontwikkelen. Zoiets doet het Bouwfonds ook in Nijmegen, maar wel met een subsidie van de gemeente. Een goed argument voor erfpacht zou je denken.
Frank van Dalen, VVD-gemeenteraadslid en Onroerend Goed-ondernemer, betoogde dat het Marineterrein vooral de plek is waar al die niet verwezenlijkte ambities van de stad een plek moeten krijgen. Volgens hem is het Marine-terrein niet alleen de plek om toeristische attracties, hotels en uitgaansgelegenheden te realiseren, maar ook om eindelijk het absolute top-segment in de woningmarkt te bedienen. Hij omschreef die aanpak als de “gezond verstand”-aanpak.
Na een nachtje slapen denk ik twee dingen. Het Marineterrein kan het begin zijn van een nieuwe ontwikkeling in de stad. Welke? Weet ik niet, maar in ieder geval niet als de plek waar je de vraag naar van alles en nog wat bedient. Kopte het Parool onlangs niet dat er een IJburg braak ligt in de stad? Plek genoeg voor alles wat we gewoon nog nodig hebben omdat er steeds meer mensen in de stad komen wonen. Ontwikkeling van het Marineterrein is de kans om echt aan iets nieuws te beginnen.
En het tweede ding dat ik denk is dat je niet alleen naar het Marineterrein zou moeten kijken. De andere kant van de Kattenburgerstraat is geen porum, stadsvernieuwing van de lelijkste soort, naar binnen gekeerd, monotone woonfunctie en Oostblok-architectuur. Maar ondertussen wel de verbinding tussen Marine-terrein en de Oostelijke Handelskade, met zijn Muziekgebouw, PTA en De Zwijger. En bovendien met die andere kans waar we nu al jaren niet over nadenken: de Kop van Java!