27 juli, 2012

Eigen grond van ons allemaal


Ook D66 laat weten kopers in grote steden de keuze te willen laten: eigendom of erfpacht. Dat klinkt natuurlijk altijd goed, een keuze. Wie wil er nou niet kunnen kiezen? Toch is het niet om het even. Sterker nog, het invoeren van een keuzemogelijkheid is de bijl aan de wortel van het gemeentelijk erfpachtstelsel.

Erfpacht heeft voor de gemeenschap twee grote voordelen. In de eerste plaats stelt het erfpachtstelsel de gemeenschap in staat om mee te profiteren van de waardevermeerdering van de grond. Die wordt niet alleen bepaald door de het vastgoed op die grond en de activiteiten die daarin worden ontplooid door burgers en bedrijven. De waarde van de grond wordt ook bepaald door het feit dat die in Amsterdam is gelegen en dat de gemeente investeert in een aantrekkelijke stad. En omdat de gemeente dat succesvol doet, levert zij met die investering een bijdrage aan de waardevermeerdering  van de grond. Dan is het redelijk dat de gemeente mee profiteert van die waardevermeerdering. En de gemeente, dat zijn wij, de gemeenschap.

Het gaat niet alleen om geld. Het erfpachtstelsel maakt het ook mogelijk dat de gemeenschap invloed uitoefent op bouw- en andere activiteiten die op die grond worden ontplooid. De noodzaak daartoe is wellicht minder dan vroeger, omdat landelijke wetgeving zodanig is veranderd dat het tegenwoordig makkelijker gaat om een actieve grondpolitiek te voeren. Maar ook met die nieuwe wetgeving had de gemeente bijvoorbeeld niet zo goed kunnen bewerkstelligen dat er in deze crisistijd wordt gebouwd in het Amstelkwartier. Of dat daar een hotel komt dat maximaal duurzaam is.

Die voordelen laten onverlet dat het stelsel als zodanig toe is aan groot onderhoud. Mensen snappen bijvoorbeeld niet waarop hun canon (zeg maar: huur) is gebaseerd en te vaak lijkt de canon niet goed te worden berekend. Dat groot onderhoud is inmiddels door wethouder Maarten van Poelgeest ter hand genomen.

Hoe het ook zij, wie eenmaal gaat verkopen, trekt het fundament onder het systeem vandaan. In individuele gevallen zal het veelal voordeliger zijn om te kopen. Dan stop je de waardevermeerdering van de grond in je eigen zak. Maar de gemeente heeft dan minder geld om te investeren in de stad. Na verloop van tijd gaan we dat allemaal merken. De sloebers die huren, de sukkels die kiezen voor erfpacht of er nog niet van af kunnen, maar ook de slimmerds die voor de winst gingen van het huis op eigen grond.

Soms moeten we dingen samen doen, zodat we er allemaal beter van worden.

26 juli, 2012

Over obesitas, parkeerplaatsen, slechte voeding en de minimale overheid


VVD-wethouder Eric van der Burg is ten strijde getrokken tegen de obesitas. Zijn strijd is oprecht, daar ben ik wel van overtuigd. Zo laat hij regelmatig weten dat het niet aanpakken van obesitas bij kinderen een vorm van kindermishandeling is. En wel van dien aard, dat onder toezicht stellen van de ouders of uithuisplaatsing wat hem betreft nadrukkelijk een optie is. Dat is nogal wat voor een VVD-er. VVD-ers zijn immers in de regel van mening dat de overheid zich zeer terughoudend moet opstellen, en daarvan is bij onder toezichtstelling of uithuisplaatsing natuurlijk geen sprake. Maar de vraag is natuurlijk wel, of hij ook daadwerkelijk de consequenties aanvaardt van zijn standpunt. Zo liet hij onlangs via twitter weten dat hij het Jeugdjournaal had gesproken over Obesitas en daarbij had bepleit dat kinderen meer moeten bewegen, beter moeten eten en dat er moet worden ingegrepen als dat nodig is. Ik kan me daar wel in vinden, maar het staat op gespannen voet met VVD-opvattingen.

Neem nou meer bewegen. Daar heb je ruimte voor nodig. Ruimte die er in de stad maar beperkt is. Je ziet het in het tekort aan sportvelden. Maar als je pas gaat bewegen als je naar een sportclub gaat, is het al te laat. Kinderen moeten op straat kunnen spelen, en fietsen naar school. Maar op straat heerst de auto. Voor de auto maken we ruimte, en als er al vrijliggende fietspaden zijn, dan is de scooter daar hartelijk welkom. Zelfs in de Indische Buurt, waar nog niet de helft van de bewoners een auto heeft, is een groot deel van straten en pleinen gereserveerd voor de auto. Kortom, het primaat van de auto – of die nou rijdt of parkeert – belemmert het spelende kind. Van der Burg zou moeten pleiten voor meer speelplekken en minder parkeerplekken. Hij zou moeten pleiten voor meer verkeersveiligheid, ruimere fietspaden, kindlinten en minder scooters. Maar dat pleidooi staat haaks op de opvattingen van de VVD.

En neem nou goede voeding. Het is natuurlijk schrijnend dat de VVD zich als geen ander druk maakte om de vestiging van een extra filiaal van McDonalds in Amsterdam Nieuw West. Ze verkopen daar ook worteltjes, maar toch vooral vette spullen. Maar het gaat om meer dan dat. Bestrijding van obesitas moet het hebben van minder vet, meer fruit en meer groente. Het goedkope voedsel vult en vraagt weinig bereidingstijd. Past goed bij mensen die veel uren moeten werken voor weinig geld. Maar je moet niet alleen geld en tijd hebben, als je gezond wilt eten, je moet ook weten wat gezond is. En het zou helpen als op school bijvoorbeeld een gezonde lunch kreeg voorgezet. Van der Burg zou moeten pleiten voor het verbieden of fiscaal beprijzen van slecht voedsel. Hij zou moeten bepleiten dat de overheid mensen opvoedt tot gezonde voedselconsumenten. Hij zou moeten bepleiten dat te lage inkomens en uitkering wat hoger worden, zodat mensen kunnen kopen wat ze nodig hebben in plaats van wat ze kunnen betalen. Hij zou gezonde maaltijden op scholen moeten bepleiten. Maar dat pleidooi staat haaks op de opvattingen van de VVD.

Of neem nou dat ingrijpen. Hij zegt het er niet bij, maar ook Eric van der Burg weet natuurlijk heel goed dat het alleen de overheid is, die kan ingrijpen. Maar de VVD moet eigenlijk weinig hebben van de overheid. Stelselmatig stelt de VVD voor om de overheid kleiner te maken. Het is een wezenlijk onderdeel van hun ideologie. Het gaat niet alleen om minder belasting, de VVD vindt dat de overheid het probleem is. “Hoe minder, hoe beter” zal ik ze in deze niet in de schoenen schuiven. Maar die kleine overheid is natuurlijk de 21ste eeuwse versie van de nachtwakerstaat. Een staat die voorziet in wegen en defensie en niet meer. De overheid die de VVD wil, zal nooit de actieve overheid kunnen zijn die Eric van der Burg nodig heeft om goed in te grijpen bij obesitas. Zo’n overheid staat haaks op de opvattingen van de VVD.

Om kort te gaan. Ik twijfel geen moment aan de oprechtheid van Eric van der Burg om obesitas aan te pakken. Maar hij kan daarin pas effectief zijn, als hij zich ontworstelt aan de opvattingen van de VVD. Om Ronald Reagan dan maar helemaal te citeren en gelijk te parafraseren: De VVD is niet de oplossing van het probleem van de obesitas. De VVD is het probleem.

19 juli, 2012

ORAM verbrast benzine

Puzzelritten, rally’s; om eerlijk te zijn dacht ik dat het dingen waren van vroeger. Toen een auto nog een heel bezit was. En je er dus op zondagmiddag een beetje mee ging rijden. Daar werd dan een rally bij verzonnen, of een puzzelrit. Zodat het nog iets van een doel had. En dat het enige wat je daar anno 2012 nog van zag die slierten motorrijders zijn, die met elkaar gaan toeren. Niet omdat ze het met elkaar zo leuk hebben, maar omdat het dan iets veiliger is, dat lekker op de motor van je vrijheid genieten.

Het leek me ook wel goed dat het een ding van het verleden was geworden. Auto’s met een doel zorgen al voor een heleboel luchtverontreiniging. Met de auto naar het werk, met de auto spullen vervoeren, met de auto op vakantie of naar oma, ik snap het allemaal wel. En soms is een mens gemakzuchtig, en dan gaat hij met de auto waar hij ook de fiets of de tram had kunnen nemen. Heb ik alle begrip voor, al was het maar omdat niets menselijk mij vreemd is. Mij zeker niet. Maar het zorgt wel voor luchtverontreiniging.

Maar waar ik werkelijk niets van snap is dat de Amsterdamse ondernemersvereniging  ORAM op vrijdag 7 september de eerste Amsterdamse Ondernemersrally organiseert. Helemaal niets. Hoe halen ze het in hun hoofd? Wat is de bedoeling? Ik gun ze van harte een leuke middag. Ga lekker golfen in Spaarnwoude, varen in de haven of op natuurexcursie in Westpoort. Maar ga niet voor de lol benzine verbranden. Zien ze bij de ORAM soms al die tanks van Vopak en denken ze dan dat er meer dan genoeg benzine is? Dat het niet op kan en dat je het best mag verbrassen? Dat die klimaatcrisis wel weer overwaait? Luisteren ze daar alleen naar die ene wetenschapper die nog niet zeker weet dat er een probleem is? Was het ze ontgaan dat Amsterdam nog steeds een groot probleem heeft om zijn doelstellingen op het gebied van luchtklimaat te halen? Of denken ze echt dat er geen vuiltje aan de lucht is?

Zo. Dat moest er even uit. En ik hoop echt van harte dat ze op 7 september iets anders gaan doen. Kan nog makkelijk geregeld worden.

16 juli, 2012

Even tellen

In de gemeente Borsele wonen 22.693 mensen. In Goes wonen 36.933 mensen. Hulst telt 27.615 inwoners. In Kapelle wonen 12.412 mensen en in Middelburg wonen er 47.622. De gemeente Noord-Beveland heeft 7.513 inwoners en Reimerswaal telt er 21.719. In Schouwen-Duiveland wonen 34.140 mensen en de gemeente Sluis telt er 23.880. Terneuzen heeft 54.733 inwoners en er wonen 25.555 mensen in de gemeente Tholen. Veere telt 21.962 inwoners en Vlissingen 44.363.

Daarmee wonen er volgens het CBS (en Wikipedia, waar ik deze cijfers vandaan heb) op 1 februari 2012 in de 13 Zeeuwse gemeenten precies 381.140 mensen. Al die gemeenten hebben gemeenteraden, en daarin worden de Zeeuwen vertegenwoordigd door 281 raadsleden. Eén volksvertegenwoordiger vertegenwoordigt daarmee 1356 Zeeuwen.

In heel Amsterdam wonen op 1 februari 2012 maar liefst 789.846 mensen. Dat is meer dan twee keer zoveel als er in heel Zeeland wonen. Bestuurlijk zijn daar niet 13 gemeenten voor nodig, maar 7 stadsdelen en één gemeente. In die 7 stadsdeelraden en die ene gemeenteraad zitten 248 volksvertegenwoordigers. Eén volksvertegenwoordiger vertegenwoordigt daarmee 3185 Amsterdammers.

Regering en Tweede Kamer zijn van mening dat er iets gedaan moet worden aan de bestuurlijk drukte in Nederland. Los van de vraag of dat nodig en democratisch is, je zou verwachten dat er dan allereerst iets zou worden gedaan aan het aantal volksvertegenwoordigers in Zeeland. Dan kom je dus bedrogen uit. De Tweede Kamer heeft besloten de Amsterdamse stadsdelen (en Rotterdamse deelgemeenten) te verbieden. Een ingrijpende stap, want die 789.846 Amsterdammers moeten straks 45 volksvertegenwoordigers met elkaar delen. Dan vertegenwoordigt één volksvertegenwoordiger dus 17.552 Amsterdammers. Dat zijn meer mensen dan er in Kapelle of Noord-Beveland wonen. Sterker nog, volgens de nieuwe gemeentewet heeft een gemeente van 17.552 inwoners een gemeenteraad van 15 leden.

Het is dus helemaal geen gekke gedachte dat de Eerste Kamer niet zal instemmen met het wetsvoorstellen om de stadsdelen af te schaffen. Die Eerste Kamer oordeelt niet politiek-inhoudelijk, maar toetst of de besluitvorming zorgvuldig is geweest, wetsvoorstellen consistent zijn en in lijn met de overige wet- en regelgeving. Daar valt bij het besluit om de stadsdelen af te schaffen wel wat op af te dingen. Dus wie weet…

10 juli, 2012

Nette Code

Gisteren tekende de wethouder Carolien Gehrels namens de gemeente Amsterdam de Code Verantwoord Marktgedrag schoonmaak- en glazenwassersbranche. Dat was op initiatief van SP en GroenLinks en ik en Maureen van der Pligt waren uitgenodigd om ons voorstel toe te lichten. Dat is eigenlijk heel simpel, wat mij betreft.
Met aanbesteden en winst maken in de schoonmaakbranche is op zich niets mis. Maar wat schort het verschrikkelijk aan de uitvoering. Schoonmakers worden uitgebuit en onderbetaald. Ze moeten hun werk vaak onder nare omstandigheden doen en als ze ziek zijn, krijgen ze de eerste twee dagen niet doorbetaald.
In 2010 en 2012 staakten de schoonmakers voor een betere CAO. Onmiddellijk zagen we wat hun bijdrage is aan de BV Nederland. Wat is dit land snel vies als niemand opruimt. Toch hebben opdrachtgevers er eigenlijk geen geld voor over. Altijd kiezen ze voor de goedkoopste aanbieding, zonder zich ook maar één moment af te vragen of het eigenlijk wel kan, voor die prijs.
Daarom is er dus die Code. Die legt in een bodem in de markt. Partijen die hem tekenen verplichten zich aan een minimum van eisen te houden. Ondertekening door de gemeente is natuurlijk vooral om het goede voorbeeld te geven, want Amsterdam is bepaald geen beroerde opdrachtgever. Toch was ook voor Amsterdam ondertekening niet gratis; er moest worden geïnvesteerd om aan de code te voldoen.
Het is een investering die zichzelf terugbetaalt. Want schoonmakers die met respect worden behandeld, maken natuurlijk beter schoon. En schone werkplekken, daar wordt natuurlijk beter gewerkt!

09 juli, 2012

Als het niet moet zoals het kan...

De Groene Amsterdammer liet laatst weten dat het goed gaat met Amsterdam. Het aantal inwoners groeit, en de economie ook. Veel succesvolle starters, relatief lage werkeloosheid. Veel gefilosofeer van Nel de Jager en Els Iping, boeiende waarnemingen vanuit een Starbucks-vestiging. Terecht constateert de Groene dat het dieptepunt midden jaren '80 lag. Toen zakte het aantal inwoners naar de 680.000, terwijl de stad nu rap op weg is de grens van 800.000 te overschrijden

Grappig. Midden jaren ’80 begon de weg omhoog. Da’s misschien geen toeval. In die periode werd er volop gekraakt, kwamen er stadsdelen en bereikte de bouwproductie in de stadsvernieuwing een hoogtepunt. De kraakbeweging maakte ruimte voor activiteiten van kunstenaars en alternatieve ondernemers. Dat jaagt de economie niet onmiddellijk aan, maar is wel de voedingsbodem voor de creatieve klasse, belangrijke steunpilaar van het huidige economische succes van de stad. Een stad inspireert als er ruimte is om creativiteit te ontwikkelen zonder dat winst de primaire drijfveer is

En dan die stadsdelen. Amsterdam was een smerige bende in de jaren '80. Het was vies op straat, alle Amsterdammertjes stonden scheef en de auto was de baas in iedere straat. Vooral daar hebben stadsdelen een rol gespeeld. Het was niet genoeg dat de uitvoeringsorganisatie - de straatvegers, de vuilnismannen en al die anderen die werken voor de stad - dichter bij het eigen werkterrein kwam te staan. Het mooier maken van de stad vroeg om gekozen bestuurders die in hun eigen wijk voor hun eigen wijk verantwoordelijkheid droegen. Die zelf zagen wat er moest gebeuren en dat samen met bewoners en hun ambtenaren gingen regelen. Straten en pleinen zijn schoner geworden, en ze zijn ook mooier geworden. Een stad die overal mooi is, ook in de buitenwijken, is een stad waar mensen graag komen wonen en werken

De stadsvernieuwing hanteerde als principe "bouwen voor de buurt". Dat resulteerde in teveel sociaal huurwoningen. Teveel is een terecht kritiekpunt, maar het hadden er met de "markt" als ordeningsprincipe waarschijnlijk te weinig geweest. Dan was de stad nu niet gemengd geweest, geen plek waar je zelf kunt ontwikkelen. Amsterdam was een plek geworden waar je eigenlijk alleen terecht kunt, als je jezelf al hebt ontwikkeld, een plek voor gearriveerden. Daar heerst meestal de vrees iets te verliezen, niet de ambitie om het te gaan maken. En dat laatste is een andere pilaar onder het succes van de stad

Blijft Amsterdam succesvol? Het is maar de vraag. Rechts Nederland heeft twee jaar geleden een streep gezet door het kraken. Een streep door ruimtes waar mensen dingen kunnen ontdekken en ontwikkelen. En met de hulp van de SP heeft Rechts Nederland de stadsdelen om zeep geholpen. Een Amsterdam zonder lokale democratie zal weer centraliseren en mensen en bedrijven over het hoofd gaan zien. Ook de realisatie van sociale huurwoningen staat onder druk. Rechts Nederland wil het sowieso niet, en corporaties die zijn meegegaan in neo-liberale speculatie-avonturen hebben de financiële mogelijkheden om sociale huurwoningen te blijven realiseren verder uitgehold. Van Poelgeest en Ossel doen hun best, maar in al dat geweld is het niet genoeg

Rechts Nederland, de SP en die paar corporaties hebben het een stuk moeilijker gemaakt om het succes van de stad vast te houden. Dat u het maar weet. Maar bij de pakken neerzitten, lijkt me ook niks. Als er niet meer gekraakt mag worden, moeten we andere manieren verzinnen om ruimte te maken voor mensen die iets nieuws willen doen. Als de stadsdelen er straks niet meer zijn, zijn er nog steeds actieve buurtbewoners. Dus verzinnen we een andere manier om bewoners invloed te laten uitoefenen op hun omgeving. Eén ding hebben we alvast. Die stadsvernieuwing van Schaefer is dan lelijk en het is te veel, al die woningen zijn van uitstekende technische kwaliteit en ze verkopen amper. Dus daar hebben we er voorlopig nog wel genoeg van.

02 juli, 2012

Op weg naar de uitgang


De FNV voerde actie bij het GroenLinks congres. Onder het motto “Kunduz Akkoord IJs en IJskoud” werden grote blokken ijs voor Vredenburg opgestapeld. Fascinerende actie van een organisatie die ook roept dat het Kunduz-akkoord van Nederland een sociale woestijn maakt. Maar dat ik er niet warm of koud van word, zul je mij niet horen zeggen. 
Op 1 januari 1993 werd ik lid van de ABVA/KABO. Een paar maanden daarvoor was ik in dienst getreden van een waterschap in Delft. Thuis was ik opgevoed met de gedachte dat mensen die werken, lid zijn van de vakbond. Een goed uitgangspunt, en dat vind ik nog steeds. Ondernemers beschikken over de macht van het geld, werknemers over de macht van het getal. Maar dan moeten ze zich wel verenigen. Helemaal gelukkig was ik niet, bij de ABVA/KABO, afdeling waterschap. Als het ging om een nieuwe cao, dan zette de bond steeds in op meer loon en meer vrije dagen. Nou ben ik daar niet vies van, maar mijn voorkeur ging uit naar het verruimen van de mogelijkheden van kinderopvang, deeltijdarbeid en het volgen van scholing. En daar waren ze bij de ABVA/KABO, afdeling waterschap in de jaren ’90 van de vorige eeuw niet zo voor te porren.
Toch bleef ik al die jaren lid van de ABVA/KABO, ook toen ik stadsdeelwethouder werd. Solidariteit laat zich niet vangen in functieomschrijvingen, tenslotte. Als raadslid liep ik mee met stakende schoonmakers en stelde samen met Maureen van der Pligt van de SP succesvol voor dat de gemeente Amsterdam zich zou aansluiten bij de Code Verantwoord Marktgedrag Schoonmaak- enGlazenwassersbranche. Tegelijk kreeg ik meer en meer moeite met de standpunten van de ABVA/KABO en de FNV. Veel te gehecht aan de belangen van de leden, te weinig lef om ze te zeggen waar het op staat. Te veel oog voor mensen met een vaste baan, te weinig oog voor mensen die graag flexibel willen werken. Te veel strijd voor een AOW op 65, te weinig aandacht voor wat dat kost en wat je anders met dat geld zou kunnen doen.
En nu dan het verzet van de ABVA/KABO en de FNV tegen het Kunduz-akkoord. Ik vond het eigenlijk wel een goed akkoord, gegeven de omstandigheden. Lag er voor 1 mei geen akkoord over de Nederlandse begroting in Brussel, dan dreigden sancties. Zou ook een mooie boel zijn geweest, als het land dat als geen ander riep dat iedereen zich aan de regels moest houden, voor zichzelf de teugels had laten vieren. En dat akkoord draaide 15 van de ergste maatregelen van het Kabinet Rutte terug, zette in op vergroening van de economie, deed een beroep op de solidariteit van de Nederlanders en klopte de rijksten onder ons nog eens extra geld uit de zak. Tuurlijk, met PvdA en SP en zonder VVD en CDA had dat akkoord er stukken beter uit kunnen zien. Maar zonder akkoord, had het er voor Nederland een stuk slechter uitgezien. Dat was de keuze van SP en PvdA, en gelukkig koos GroenLinks daar niet voor. Beter vuile handen, dan lege handen. En daartegen voert mijn eigen vakbond dan actie.
Na bijna 20 jaar lidmaatschap ben ik vanochtend op zoek gegaan naar de uitgang. Opzeggen kan ik nog niet, daarvoor is de solidariteit van werkers me te belangrijk. Maar gewoon lid blijven van het deel van de vakbond dat zich laat kennen als het meest behoudzuchtig en bekrompen, dat wil ik ook niet. Vanochtend heb ik me dus gemeld bij FNV Zelfstandigen.  Ik heb er voor gekozen mijn contributie per maand te betalen, al is dat duurder. Kan ik tenminste snel weg, als het nog gekker wordt.